Het fjord bij Puyuhuapi

Chili: de Carretera Austral

  - Mijn reis

  - Uw reis

  - Hun reis

  - Foto's (66) 

Datum: 22 februari 2007  
Kilometerstand:  24.447 
 


Lago Buenos Aires met op de achtergrond ChiliHet plan is om vandaag de grens over te steken naar Chili. Ik ontbijt in ‘El Buen Gusto’ en vraag aan Ruth of zij iemand kent die de 20 pesos, die ik verschuldigd ben in Bajo Caracoles, daar kan betalen. Ik krijg een adres, maar kan het huis niet vinden. Bij windkracht acht rij ik naar Los Antiguos, langs Lago Buenos Aires waar de schuimkoppen op de golven staan. Ik passer de Argentijnse en Chileense grenscontroles, vul de nodige papieren in en rij op Chileens grondgebied naar Chile Chico. Daar vertrekt de pont, die naar Puerto Ibanez vaart. Als ik bij de rede aankom kan ik zo de boot oprijden en na 10 minuten kiezen De ferry van Chile Chico naar Puerto Ibanez in zwaar weer we het ruime sop. Dat is letterlijk want de boot gaat als een wilde tekeer en vlagen water en schuim scheren over het dek.

Om 17.30 legt de pont aan in Puerto Ibanez en ik informeer of er een bank is, want ik heb geen Chileense pesos. De jongen antwoord dat er geen bank is, geen hotel en geen camping en dat de weg naar Coihaique een snappie is. Dan maar naar Coihaique. Maar dat viel vies tegen. Het waait, de weg kronkelt door heuvels en dalen en het laatste uur rij ik in het donker naar C. Daar zoek ik eerst een bank om te pinnen en tegen middernacht vind ik eindelijk een hotel: ‘Cabañas Mirador’. Prachtig gelegen, met uitzicht op de rivier (maar dat constateer ik pas de volgende dag). De eigenaar is verschrikkelijk aardig en maakt in het holst van de nacht een paar sandwiches klaar met een pot koffie. Langzaam kom ik weer bij.

Datum: 23 februari 2007


Het bekende ritueel: stad verkend, VVV bezocht, wegenkaart gekocht en ‘s middags een siesta. De De bladeren van de nalca zijn heel grootavondmaaltijd nuttig ik in het restaurant naast het hotel en ik drink mijn eerste Pisco Sour. Na een dag heb ik Coihaique wel gezien, betaal 36.000 pesos voor twee nachten ‘Mirador’ en rij langs de Rio Simson naar Puerto Aysen. Het weer is redelijk met hier en daar een wolkje en af en toe een zonnetje. Het landschap is spectaculair met heel veel groen en grote nalca planten (wilde rabarber). Ik rij nog een stukje verder tot Puerto Chacabuco, een dorpje waar Werner Lorenz in 1981 lyrisch over sprak. Ik bezoek de haven en vraag of ze de kapitein van de Globetrader nog kennen, maar nee, da’s te lang geleden (in 1981 ben ik met de Globetrader van Punta Arenas naar Talcahuano gevaren). Ik ga terug naar Puerto Aysen en betrek een smoezelige kamer in een smoezelig hotelletje. In het stadje vertelt men mij dat er een De meeste huizen in Chili zijn van hout aardbeving is geweest, veroorzaakt door een vulkaan voor de kust. Dus DAT heb ik gevoeld in Coihaique. Ik bezoek het vissershaventje, eet een moccagebakje in een confiteria en drink een chopp in ‘Choperia Verita’, waar dronken mannen zich vermaken met lelijke vrouwen. Armoe en rijkdom gaan hier hand in hand: villa’s naast krotten, sloebers tussen welgestelden, de contrasten zijn heel groot. De winkeltjes zijn meer uitdragerijen met allerlei nutteloze (en goedkope) frutsels en de supermarkt heeft een inrichting anno 1953. Maar de zalm in restaurant ‘Isla Verde’ is prima en de vino Santa Emiliana ook, alleen jammer dat ik de enige ben in de inmense eetzaal.

Datum: 25 februari 2007
Kilometerstand: 24.565


Region 7 - 1600 km ten zuiden van Santiago de Chile Op naar de Ruta 7, de Carretera Austral, die boven Chaiten begint om zuidelijker prompt te eindigen, zonder aansluiting op het overige wegennet. Je komt er alleen plaatselijk verkeer tegen, De weg van Chaiten naar Puyuhuapieen enkele toerist op de motor en HEEL soms een bromfietser. Het is bewolkt en na een half uur gaat het regenen. Ik trek mijn regenpak aan en rij verder. Onderweg word ik uitgebreid gefotografeerd en gefilmd door twee Spaanse motorjournalisten, die ik 's avonds zou ontmoeten in Puyuhuapi, maar ik heb ze niet meer gezien (en ik weet ook niet hoe dat spaanse motormagazine heet). Ik ben natuurlijk toch een soort Calimero, die altijd te laat op de plaats van bestemming arriveert. Als iedereen al lang en droog aan de avondmaaltijd zit, kom ik om een een uur of 21.00 uur in het schemer aantuffen, alle hotels zijn dan vol en en er is geen hap eten meer te krijgen. Maar al die stoere motorboys kijken natuurlijk wel beteuterd op hun 87 PK sterke off-road machines, als ik ze vertel dat ik uit Suriname (Suriname??? waar ligt dat???) kom. Het is opvallend hoeveel Duitsers hier rondrijden op motoren en in Landrovers en andere 4x4's met een Duitse kentekenplaat. Die gasten laten hun voertuig overvaren van Duitsland naar Valparaiso om hier een beetje rond te rijden. Maar goed, dat moeten ze zelf weten.

Datum: 26 februari 2007

Puyuhuapi is in 1 woord fantastisch. Rood (fuchsia's), wit (gletsjers), blauw (het fjord), groen (varens) en een tof hotel met heit en mem en bij het eten een fles witte wijn.

Volop genieten, dat is de kunst.

 

Waar ligt Puyuhuapi?
Na Coyhaique, Puerto Chacabuco en Puerto Aysen, was Puyuhuapi een verademing. Klein knus dorpje, prachtig gelegen aan een fjord, heerlijk rustig en de familie Hopperdietzel zorgt voor uitstekende maaltijden. Omdat het hier tamelijk vaak regent ben ik een paar dagen in Puyuhuapi gebleven en heb geïnformeerd wat een stukje grond kost (10.000.000 pesos), want dit is een toffe plek voor de oude dag. Op de dag dat het niet regende heb ik de hangende gletsjer (ventisquero colgante) bezocht. Spectaculair, evenals het landschap. Het lijkt hier wel Amazonia, het is een jungle met heeeeel veel bomen, varens, duizende wilde fuchsia's en nalca's (planten met bladeren van 2 meter). En de kolibri's dartelen in de bermen, condors scheren langs de bergtoppen (als ze niet achter de wolken verscholen liggen). Dit is wel heel anders dan de wezenloze woestijn aan de andere kant van de Andes.

Parque Pumalin
Toen ik dacht dat het een regenloze dag zou worden ben ik vertrokken uit Puyuhuapi, om de 194 km naar Chaiten te overbruggen. Helaas, het regende toch (op sommige plaatsen hier valt 6 meter regen per jaar!!!) en het was koud (een graad of 10), maar dat hoort erbij - gewoon blijven gaan en concentreren op de weg, want rijden over een natte onverharde weg, is geen kinnesinne. Zeiknat gearriveerd in Chaiten (weer te laat) en 'Hospedaje Sebastian' binnengereden en de natte zooi in de kamer uitgestald. De volgende dag was het prachtig weer - blauwe lucht, hier en daar een wolkje. Dus op pad. Slechts 70 km naar Caleta Gonzalo, dat zijn de leukere trajecten. Een tussenstopje gemaakt bij Playa Santa Barbara en getuurd over de Pacifico. En wat zie ik... DOLFIJNEN. Ze zwommen te ver weg om een goede foto te maken, maar de rugvin was duidelijk te zien. Weer verder langs snelstromende rivieren, bergbeekjes, watervallen en besneewde bergtoppen.

Het fjord bij Caleta Gonzalo in Parque Pumalin

Parque Pumalin is een privé-park van een rijke amerikaan, Douglas Tompkins, die de Renihue Ranch (42.000 acres) in 1991 heeft gekocht om de natuur te beschermen. Op internet is er meer te vinden.  ( http://www.parquepumalin.cl/ )
Als ik stop bij Lago Blanco voor een sigaretje en een foto, zie ik in mijn ooghoek een beestje. La lartiga Waanzinnig, een groen gespikkelde hagedis en een meter verder zit het vrouwtje. Om 16.00 uur kom ik in Caleta Gonzalo aan. Een gezellig restaurantje nodigt uit om een kopje koffie te dinken. Ik loop daarna een rondje om te kijken hoe ik verder moet, maar er is niks. De weg houdt op en geen pontje. Dat hebben ze er op mijn wegenkaart niet bij gezet. Nou ja, dan maar naar de camping. Maar van de weg naar de camping loopt een paadje met een trap, dat schiet niet op. Ik heb die brommer niet gekocht om met mijn spullen te zeulen. Ik informeer in het resto of ik De cabanas in Caleta Gonzalo een cabaña kan nemen, maar alles is bezet. Iets later komen er vier hoogbejaarde Engelsen binnen, die in Oxford Engels een paar potten honing komen kopen en de sleutel van hun cabaña ophalen. Er is een hele ploeg van bejaarden aanwezig, die alle cabañas bezet hebben. Het meisje van het resto wijst me op een fogon, een houten hutje waar een paadje naar toe loopt en waar ik mijn tentje kan opzetten. Beschermd tegen de kou en er is een vuurplaats. Perfekt. Ik plan al om hier de rest van mijn leven te blijven. Het is hier onvoorstelbaar mooi. 's Avonds neem ik een menu in het restaurant en informeer hoe ik verder kan reizen. Geen probleem, zondag om 8.00 uur komt de ferry, die me naar Hornopiren zal brengen. Mooi, 5 uurtjes varen en niet te ver van de kust. Nadat ik in 1981 bijna vergaan ben in de Golfo de Penas (vliegende storm, windkracht 12, golven van 20 meter), ben ik een beetje pagus voor boottochtjes op zee.

De zee neemt en de zee geeft (en je hebt eb en vloed)
Ik ga naar mijn prive huisje en stook een vuurtje. Het is volle maan en ik schiet nog een paar foto's alvorens in mijn tentje te duiken. Het is niet warm, maar het is uit te houden. 's Nachts word ik wakker van het geklots van water. Ik pak mijn mini maglite (Koos, nog bedankt!) en zie tot mijn schrik dat het vloed is en een hele pittige. Mijn brommer is kompleet verdwenen. Alleen de spiegels steken nog boven het water uit. Heb ik weer. Ik slaap die nacht slecht en pieker wat het Nat maar intaktzoute water voor invloed zal hebben op mijn Yamaha. Als de zon nog achter de berg staat kruip ik uit mijn tentje om de schade op te nemen. De brom is helemaal zeiknat en het zadel en de helm zijn weg. Ik besluit om een rondje te lopen om te zien of ik ze kan vinden. En verdomd, 75 meter verder ligt mijn zadel en de helm ligt er nog precies zo op, zoals ik hem d'r op had gelegd. En hij is nog droog. Ongelooflijk maar waar. Wat heeft zo'n Yamaha zadel een ontzettend goed drijvend vermogen. Ik eet enkele crackers met de honing, die ik in het resto heb gekocht. Nadenken heeft in zo'n situatie weinig zin, aan de slag, opengooien dat motortje.

Het blokje is enigszins 
            
 
 
 
 
 
 
 
 
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  
  aangetast  door  het  zoute  water Ik demonteer de cilinder en uitlaat en laat de liters water eruit stromen. Zo op het oog is er geen water in de benzinetank gekomen en in de olietank zie ik alleen olie (hoewel het lijkt alsof het niveau gestegen is, maar daar heb ik het later nog over). Ik monteer alles weer en trap op de kickstarter en zoals altijd... lopen. Dat had ik eerlijk gezegd niet verwacht. Ik controleer voor de zekerheid de carterolie en dat zag er niet goed uit: melkwit. Dus er is water in het carter gelopen, maar geen nood, ik heb carterolie bij me. Ik zoek een petfles om de oliedrab in op te vangen en vul het carter met verse Shell. Proefritje en alles lijkt in orde. 's Avonds prima gegeten en lekker gaan slapen. Morgen verder met de ferry.

Boot gemist?
Het is bewolkt en ik word pas om 8.45 uur wakker. Oeps, de ferry zou om 9.00 uur vertrekken. Ik pak snel mijn spullen en haast me naar het fjord, maar wat zie ik .. geen ferry. Okee, dus ik heb de tijd om een ontbijt te nemen. Ik informeer naar de ferry en tot mijn verbazing is het antwoord dat er geen ferry komt! En er komt ook niet iets anders. Mooie boel. Wat nu. Er zit niets anders op dan terug te rijden naar Chaiten en daar de boot naar Puerto Montt te nemen. En dat noemen ze dan de Carretera Austral. Het interessert me op dat moment niet wat de reden is dat de ferry niet vaart In de regen terug naar Chaltenen ik vertrek richting Chaiten. Het is bewolkt en na een half uur begint het te miezeren. De brom rijdt toch niet geweldig en na een half uur en een paar pittige klimmetjes in de eerste versnelling heb ik een vastloper. Dat is niet best. Het motorje rookt en stoomt en er is duidelijk iets mis. Als het blokje afgekoeld is, rij ik toch maar verder. Weer een vastloper. Dan maar stoppen voor een grondige inspectie. Ik haal het zijdeksel eraf, maar zie niets. Laat ik de auto-lube 'ns controleren of er wel 2-takt olie doorstroomt. Ik trek het slangetje los en er stroomt een halve liter water uit. Inderdaad, olie is lichter dan water en het was duidelijk dat er water in het oliereservoir was gestroomd. Toch wel bijzonder dat een Yamaha tweetakt op een mengsel van benzine en water rijdt. Opgelucht schroef ik alles weer in elkaar en ik rij verder. Helaas, het probleem is niet geheel opgelost, want het motortje maakt een gierend geluid. Stapvoets rij ik verder en om 18.00 uur ben ik in Chaiten. Ik vind een tof hotel, waar de brommer dwars doorheen gereden wordt om hem te parkeren op de binnenplaats.

Datum: 5 maart 2007
Kilometerstand:

De Yamaha Auto-Lube
Na het ontbijt ga ik aan de slag. Cilinder eraf, zuiger en auto-lube verwijderd en het is een ravage in het blokje. De zuiger is geheel zwart en binnen in het carter zit zwarte aanslag. Ik ga aan de slag met tandenborstel en benzine en schrob de boel schoon. Ik giet het carter vol met benzine en dep de drab eruit met mijn oude overhemd (gekocht in Brazilië, heeft zijn beste tijd gehad). Daarna is de auto-lube aan de beurt. Wat is de auto-lube zult u zeggen. Yamaha heeft zijn tweetakt machines uitgevoerd met een systeem dat de olie met de benzine mengt volgens een geavanceerd systeem. De olie zit in een aparte tank en een klein mechaniekje zorgt ervoor dat afhankelijk van snelheid, belasting, wegdek en windsnelheid de juiste hoeveelheid olie naar de carburateur wordt gevoerd. Dat is een stuk eenvoudiger dan bij de pomp benzine kopen en de olie in de tank mengen. Maar het mechaniek is Japanse high-tech en het instruktieboekje waarschuwt de gebruiker om niet aan de Oude en nieuwe zuiger auto-lube te sleutelen, maar dit over te laten aan de geautoriseerde Yamaha dealer. Maar die is er niet in Chaiten, dus dat ding opengeschroefd en oeps, daar springt ie uit elkaar. Er zit een veer in, die weet ik veel wat regelt. Maar dat is een zorg voor later. Ik peuter in elk gaatje en sleufje van de auto-lube en blaas alle openingen door. Vervolgens nog een benzinespoeling en nu maar hopen dat ik hem weer op de juiste wijze Let vooral op de groeven die door het naaldlager in de zuigerpin zijn gesleten!in elkaar weet te zetten. Als laatste test blaas ik door de slangetjes die de olie aan- een doorvoeren. Er stroomt lucht door en dat is een goed teken. De oude 2-taktolie laat ik uit de tank stromen en ik ga in Chaiten op zoek naar de juiste olie. Na drie ijzerwinkels, waar ze olie voor motorzagen verkopen, vind ik een winkeltje waar ze olie verkopen, die de eigenaar gebruikt voor zijn eigenbouw brommer. Dan moet het wel goed zijn. Het is inmiddels 19.00 uur en ik hou het vandaag voor gezien.

Goed gedaan jochie!
Dinsdag 6 maart. De dag van het laatste oordeel of van de wonderbaarlijk wederopstanding van de Yamaha V 50. Na de thee en broodjes met jam, giet ik de olie in de tank en controleer voor een laatste maal of de olie ook inderdaad door het slangetje stroomt. Alles lijkt in orde, ik geef een forse trap op de kickstarter en hopsakee, het motortje loopt. Maar wat belangrijker is ER KOMT ROOK UIT DE UITLAAT. Goed gedaan jochie, we kunnen verder.

Naar Colombia?
Volgens Randy Hurtado, een Colombiaan die ik in Comandante Piedra Buena in Argentinië tegenkwam op een Suzuki V-Strom, is het ongeveer 13.000 km naar Colombia. Dat lijkt me te doen. Als Arjan en Karin het goed plannen, gaan we elkaar daar ontmoeten. Altijd leuk om vrienden te zien. Als ik daar toch ben, kan ik net zo goed doorrijden naar Venezuela, want dat is het enige land van ZA waar ik nog niet geweest ben. En als ik dat haal, kan ik net zo goed doorrijden naar Suriname om een paar nieuwe remblokjes te kopen. En om natuurlijk lekker te gaan eten bij de familie Bipat, in hun nieuwe huis in Nickerie.

Wat een vooruitzichten.


 

>> Chili - het merendistrict


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

  

©  2008 - El Rey del Ripio

 This Web Page Created with PageBreeze Free Website Builder