- Mijn reis
- Uw
reis
- Hun reis
-
Fotos (43)
|
Datum: 14 mei 2007 Kilometerstand: 29.078
-
Dagboek -
Het is mooi geweest. Noordelijker ga ik niet,
het is tijd om de terugtocht naar San Rafael aan te vatten. En die
begint met de bergpas ‘Piedra del Molino’ op 3340 meter hoogte. Ik
kijk onderweg de carburateur nog eens na, want de brom rijdt voor
geen meter. Maar het helpt allemaal niets en met een slakkegang klim
ik omhoog. Over de ‘Recta de Tintin’, een 30 km kaarsrechte
weg, die ooit door de Inca’s is aangelegd. Boven op de bergpas heb
ik een schitterend uitzicht naar alle kanten. Ik zie beneden de weg
het dal in kronkelen. Heuveltje af rijdt de brom wel, maar als ik de
afdaling gehad heb en wil remmen om een foto te maken, staat de brom
met een klap stil. Wat blijkt: de remankerplaat is finaal
afgebroken! Na een hoop gehamer en gepruts weet ik de zaak weer op
zijn plaats te krijgen en met alleen een voorrem rij ik naar de
dichtsbijzijnde stad. In Chicoana ga ik gelijk op zoek naar een
taller mecanico die de boel kan lassen. Ik vind er een die het wel
wil proberen –“ja, dat is aluminium, soms lukt het, soms
niet” en spreek af om de volgende dag het
onderdeel langs te brengen. En zowaar,
het lukt. Een beetje de lasnaden wegvijlen en alles is weer oké. De
oorzaak is het breken van de remschoen, waardoor het ijzer zich
heeft vastgevreten in de remnaaf, met het afbreken als gevolg. Ik
zet de remschoenen van het voorwiel
in het achterwiel
en ik kan weer enigszins normaal rijden. De trommelrem van
het voorwiel stelt niets voor en met een totaalgewicht van 185
kilo (brom, ik en bagage) is het geheel bijna niet te stoppen. Na
een dag regen in Chicoana rij ik op de Ruta 68 terug naar Cafayate.
De Ruta 68 is zonder twijfel een van de mooiste wegen van
Argentinië. Na Alemania begint het mooie gedeelte: de ‘Quebrada de
las Conchas’. Ik ga het niet beschrijven, kijk maar naar de foto’s.
Na een overnachting in Cafayate, ga ik de volgende dag nog een keer
terug naar de Ruta 68 om enkele droge rivierbeddingen in te rijden
en te genieten van de bizarre rotsformaties, de vreemde vegetatie en
de absolute stilte. Dat is ook weer zo’n voordeel van de brommer: je
komt overal, zelfs als een 4x4 het moet laten afweten, gaat de
Yamaha gewoon
verder.
Datum: 18 mei 2007 Kilometerstand:
29.477
Het was
weer een woeste tocht vandaag: eerst naar 3.000 meter hoogte en
toen door de wolken het dal in naar Tafi del Valle. In Monteros
gestopt en de volgende dag een onderdelenwinkel bezocht, die alles
had wat ik nodig had: remschoenen, voorvorkschommelbussen en 2-takt
olie. Dezelfde dag nog verlaat ik Monteros en rij ik door de
suikerrietvelden van de provincie Tucuman over de Ruta
38.
Er is hier veel vrachtverkeer en na
J.B. Alberdi kies ik voor de binnenweg. Lekker over de ripio, door
een soort jungle met bromelia’s en heel veel vlinders. Bij Escoba
zie ik een bord niet en ik rij 30 kilometer verder om te
constateren dat de weg daar ophoudt. Ik keer om en neem de goede
afslag. De weg gaat hier en daar steil omhoog en de brom heeft grote
moeite met het klimmen. Door mistflarden rij ik langs ‘El Fin del
Mundo’ (het einde van de wereld) en in het donker kom ik in La
Merced aan. Men wijst me een hotel, maar als daar aankom vertelt men
dat het al vier jaar dicht is. Ik vraag of er ergens een slaapplek
is en -"ja daar, in het roze huis". Ik vind zowaar het roze
huis en de mevrouw maakt een slaapkamer voor me gereed (van de
oudste zoon die het huis uit
is).
Datum: 20 mei 2007 Kilometerstand: 29.807
Over La Rioja kan
ik kort zijn: waardeloos. Ik had nog even het plan om bij Carlos
Menem langs te gaan (“wat heeft u een prachtige bakkebaarden en
een jonge vrouw'’) maar dat idee heb ik laten varen en ik ben snel uit La
Rioja
vertrokken.
Datum: 21 mei 2007 Kilometerstand: 29.874
Wat een dag. Vier keer de brom uit
elkaar gesloopt, alles nagekeken maar hij wil niet vooruit. Ik ben
de hele dag in touw geweest en heb 67 km afgelegd. Een nieuw
dieptepunt. In Patquia ben ik gestopt, want op deze manier verder
reizen heeft geen zin. Zo kom ik er nooit. Patquia is een suf en
saai dorp, waar ze zelfs geen internet hebben. Het oude treinstation
ligt er triest bij, maar er is wel een groot en nieuw ziekenhuis. En
dan: de operatie… zou het lukken om de brommer weer in vorm te
krijgen. Jawel: de uitlaat is de boosdoener. Een gat, diep in het
donkere binnenste van de demper heeft de diameter van een dubbetje
(oud geld) en dat moet een rijksdaalder zijn. Een stuk ijzerdraad
gezocht en de boel doorgeprikt. Het verschil is direkt hoorbaar, van
prrr-prrr naar knettter-de-knetter. Het verschijnsel is dat zo’n
proces zich over vele kilometers en dagen voltrekt en je dus
langzaam went aan het geluid. Na vier weken weet je niet beter of
het hoort zo. Ik denk dat ik nu alle oorzaken van wanprestatie wel
gehad heb en rij met een rotgang Patquia
uit.
Er waait een koude wind uit het zuiden. De
herfst is nu goed begonnen, ter vergelijking: eind mei hier is eind
oktober in Nederland. Zo zit dat. In Chepes overnacht ik in het
motel van de ACA (Automovil Club Argentina) en ik ga nog een keer de
bergen in. Na het saaie La Rioja is de provincie San Luis weer een
uitdaging. De brom rijdt weer als een trein, maar zuipt benzine. Na
Quines duik ik de heuvels in en over een spannende weg bereik ik in
het donker en een ijzige kou het stadje La Toma. La Toma is bekend
vanwege de onyx die er gevonden wordt en daarmee worden prachtige
asbakken met kikkers en andere kitsch vervaardigd. Het is nog 377 km
naar San Rafael, dat ga ik niet redden in een dag met deze
kou.
Datum: 23 mei 2007 Kilometerstand: 30.300
In de ochtend is het
nog behoorlijk fris, maar de zon schijnt en vanaf een uur of tien
warmt het op. Ik rij over een vierbaans tolweg, maar ben de enige.
Waarschijnlijk weer een prestigeopject van een
of andere ambitieuze
gouverneur. Op mijn dooie akkertje rij ik naar San Luis, want harder
rijden betekent meer kou. Om een uur of twee verken ik de binnenstad
van San Luis, maar vind niet zo snel een aardig hotelletje. Ik eet
en drink wat bij een pompstation en bestudeer de kaart. Hee
Beazley, leuke naam, daar gaan we overnachten. Naar Beazley gereden,
maar hoewel de naam anders doet vermoeden, gebeurt hier helemaal
niets. Een slaperig gehucht, waar ik bij diverse huizen aanklop,
maar niemand heeft (of weet) een slaapplaats. Goed, ik monteer in
9:31 minuten het 14 tands tandwiel en rij vol gas de laatste 220 km
naar San Rafael. Het is inmiddels half vier. Ik buig over het stuur
voor een ideale aerodynamiek en raas door het lege en verlaten
landschap. Hier woont helemaal niemand. In het donker bereik ik
Monte Coman en raak ik de weg weer eens kwijt. Ik vraag en ik word
de juiste weg gewezen. Nog anderhalf uur naar San Rafael. Rijden met
slechte verlichting is heel vervelend en inspannend. Het nadeel van
de Yamaha is de 6 volt installatie, waardoor de koplamp nauwelijks
licht geeft en je moet turen om te zien wat er op de weg ligt en of
er geen kuilen zijn. En als je langzamer gaat rijden, wordt de
lichtopbrengst ook minder, heel lastig. Na drie uur in het donker
rijden ben ik er: San Rafael. Ik kom aan bij hotel España en wordt
hartelijk ontvangen. En ik krijg een mooie kamer. De volgende dag
slaap ik tot 11.00 uur. Sinds mijn kilometerteller niet meer werkt
hou ik de stand bij aan de hand van de wegenkaart en ik heb (tot dan
toe) 30.677 km gereden.
Het is mooi
geweest.
>> en waar wilt U naar
toe?
|