- Mijn
reis
- Uw
reis
- Hun
reis
-
Foto's (18)
|
Datum: 10 januari 2007
Kilometerstand: 18.688
Het
was een waar genoegen om een maand in BsAs te verblijven, maar het
vertrek was minstens even aangenaam. BsAs verlaten duurt ongeveer
anderhalf uur, maar dan begint de uitgestrektheid van de Pampa.
Duizenden kilometers vlak land, landbouw en veeteelt zover het oog
reikt, hier en
daar een huis, een estancia, een bosje, een
bomengroep en veel verlaten spoorlijnen. De historie snuif je overal
op, de architectuur in de dorpjes, het oude spoorstation, het
waterreservoir voor de trein die niet meer rijdt. Indrukwekkend.
Pak de Bosatlas er bij, dit was de route: San Vicente, Coronel
Brandsen, Ranchos, General Belgrano en toch nog maar de 178 km naar
Ayacucho gereden. De tweede dag heb ik het wat rustiger aan gedaan,
ook omdat er een verschrikkelijke wind over de Pampa's waait. Windje
mee is leuk, maar zijwind is hinderlijk (en vermoeiend om de brom op
het rechte spoor te houden) en windje tegen schiet niet op (30 km
max). Via Tandil naar Benito Juarez gereden. Deze plaats doet er
alles aan om het de reiziger en toerist het NIET naar de zin te
maken; geen terras, geen bar, geen restaurant, helemaal niks, naks.
Omdat de brom niet echt op toeren kwam heb ik de volgende ochtend de
boel uit elkaar gegooid, de uitlaatpoort gedotterd, carburateur
schoongemaakt, spoelpoorten geschrobd, maar helaas met weinig
effekt. Buiten B.J. de uitlaatdemper en het luchtfilter verwijderd
en nu rijdt de Yamaha weer als een trein: 65 km windje mee en 45 met
een forse wind tegen. Niet slecht.
De derde dag naar Tres Arroyos gereden
om te kijken of ik daar Alberto Balbuena zou kunnen vinden. Alberto heeft me 26
jaar geleden een lift gegeven van BsAs naar Tres A. en ik heb een foto
van hem op mijn laptop. In Tres A. eerst een rondje gereden en gestopt in het
centrum bij een terras voor een espresso. Komt er gelijk een man op me
af, vraagt hoe en wat en ik leg uit dat ik Albero B. zoek. Hij is ook
14 jaar truckchauffeur geweest en helpt me met zoeken in
het telefoonboek. We vinden 1 Balbuena en ik noteer nummer en
adres. Vervolgens mijn intrek genomen in Hotel Plaza, vergane glorie,
muffe kamer zonder raam of ventilatie. Twee campingwinkels bezocht om
te kijken naar een kampeeruitrusting. Prijzen genoteerd en nog
wat rondgelopen. Tres Arroyos is behoorlijk veranderd in die 26 jaar. Veel hoge
flatgebouwen in het centrum. 's Avonds eet ik in een tof Italiaans
familie-restaurant, waar om 23.30 uur nog steeds gasten binnenlopen.
Daarna nog een paar biertjes gedronken op hetzelfde terras, met de
mensen die ik 's middags daar heb leren kennen. Vrienden maken is
een makkie hier. De volgende dag een tent, slaapzak, matras,
regenpak, zeiltje en een beker gekocht, met snelbinders om de hele
zooi op de brom te binden. Hij begint langzaam op een verhuiswagen
te lijken. Het nummer van Balbuena gebeld, maar Alberto was niet
bekend. Dan maar verder. Er staat weer een stevige bries, recht van
voor, dus na 40 km Ruta 3, hopsakee linksaf richting Oriente en
Reta. In Oriente besloten om even naar Marisol te rijden. Een
badplaats in opkomst... Een blik geworpen op de Atlantico en weer
terug naar Oriente om vandaar over een onverharde weg langs
gehuchten met namen als Gil en Faro naar Coronel Dorrego te rijden.
Dit is een aangenaam stadje, ook hier weer de vriendelijkste mensen
van de wereld, ik ben hier vandaag gebleven om drie spaken in mijn
achterwiel te vervangen en het licht te maken. 's middags een tukkie
gedaan, straks nog een biertje drinken en vroeg naar bed. Ik ga
morgen proberen om een nieuwe dagrecord neer te zetten: 400 km of
meer rijden (de dag van het vertrek uit BsAs was ook niet mis,
vertrokken om 12.00 uur en 330 km gereden tot 20.00 uur).
Het begint er naar
uit te zien dat ik voorlopig nog een tijdje op het tweetaktmonster
blijf rijden. Een dagje rust is leuk, maar het grote genieten is
toch op de brom. Kontpijn ken ik niet
en
de pijn tussen de schouderbladen na 6 a 7 uur tijden is inmiddels
ook overwonnen. Kilometers vreten, weggetje links, weggetje rechts, hee wat is dat daar achter
die heg, daar staat een deur open, ff kijken. Neen, reizen, reizen en
nog eens reizen.
Het zou me niets
verbazen als ik besluit om de route Chili, Bolivia, Peru, Ecuador en Venezuela te
rijden. Dan heb ik alle landen in ZA bezocht. Je moet wat op
je oude dag.
Saludos uit
Coronel Dorrego (dezelfde waarnaar het gezellige Plaza Dorrego in San Telmo te
BsAs is vernoemd).
Datum: 12 januari 2007
Kilometerstand: 19.116
Helaas is de
recordpoging mislukt. De wind deed de brom de das om. Na een uur
beuken tegen 8 beaufort stop ik voor een pitstop en in 12 minuten en
23 seconden verwissel ik het voortandwiel voor het 13 tands
exemplaar. Dat scheelde. De brom komt weer op toeren (essentieel
voor een twee-takt) en de 45 km topsnelheid wordt af en toe bereikt.
Bij Bahia Blanca was het nog 278 km naar Carmen de Patagones. Het was inmiddels 13.00
uur en zonder nadenken het gas tot het naadje opengetrokken. Het
fijne hier is dat als je eenmaal de weg ingeslagen bent, er alleen
dezelfde weg terug is. Onderweg is er niets. 278 km asfalt en wind.
Geen fatsoenlijk dorp, geen resto, geen eetstalletje, helemaal
niets. De geloei van de wind is een aanslag op de trommelvliezen en
ik bind een theedoek om mijn hoofd om de herrie onder de 90 decibel
te houden. Om een uur of acht nader ik Patagones (het wordt hier om
een uur of negen donker) als de achterband begint te schommelen...
nee hè, ja hoor een lekke band. Bij een ondergaand zonnetje
demonteer ik het achterwiel en vervang de binnenband. Wiel er weer
in en snel verder. Ik rij Patagones binnen en... benzine op!
Ik ben vlak bij het busstation met taxistandplaatsen en ik schiet
een taxichauffeur aan en vraag hem of hij mijn benzinebidon wilt
vullen. Na 10 minuten rij ik de laatste meters tot het centrum van
Patagones. Op de hoek is een hotel en ze hebben nog een kamer. Ik
ben volkomen gesloopt, heb 387 km gereden (op zich een verbetering
van mijn vorige record, maar geen 400) en mijn hele lichaam doet
pijn en mijn hoofd voelt als een gekookte kroot. Hapje eten en naar
bed. Volgende dag geslapen tot 10.00 uur en toen op zoek naar een
camping, want ik wil mijn
tentje uitproberen. In Patagones de camping niet gevonden, dus dan
maar naar de overkant: Viedma. Geïnformeerd bij het oficina de
turismo en een half uur later zit ik mijn luchtmatrasje op te
blazen. Tof tentje, alles past erin. De camping zelf is minder, 2
toiletten
en 2 douches voor een stuk of 100 gasten (het is weekend,
dus veel kampeerders).
De
volgende dag trek ik er op uit om de kust te verkennen, eerst naar
El Condor, een badplaats bij de monding van de Rio Negro en dan over een
prachtige kustweg (met nog steeds heel veel tegenwind) naar La
Loberia. Een fantastisch uitzicht op een zeeleeuwenkolonie. Jong en
oud spartelt in de woeste zee en ze lijken geen oog te hebben voor
mijn prachtige Yamaha. Verder langs de kust is de grootste (dat zegt
elk toeristenburo, maar alla) papagaaien-kolonie ter wereld: 35.000
stuks. Zo ver rij ik niet, maar langs de gehele kust kom ik de vrolijke
snuiters tegen. Op te terugweg pak ik de oudste
vuurtoren van Argentinië mee en dan zit de zondag er weer op.
Maandag het museum in Patagones bezocht om te kijken of ik James
Harris kon traceren. En ja hoor, foto, tekst en er is een straat
naar hem vernoemd. James Harris is verre familie van een vriendin
van de PutiClub (mijn clubje studiegenoten Spaans) en het is toch
wel te gek om iemand hier op te
sporen. (voor de geïnteresseerden: meer info over James Harris is op het
Internet te vinden).
Na die laatste
lekke band ben ik op zoek gegaan naar een nieuwe achterband. Het
zwarte rubber dat er nu op zit heb ik er in Coxim, Brazilië opgezet
en we zijn inmiddels 10.000 km verder, dus tijd voor een nieuw
exemplaar. Beetje gezocht en in Viedma een winkel gevonden die een
supervette Pirelli slof van 2.75 x 17
heeft. Normaal zit er 2.50 x 17 om, maar deze is lekker dik en dat
lijkt een goede keuze voor de RIPIO (steenslagweg) in Patagonië.
Terug op de camping de Pirelli gemonteerd en uitgetest. Hij loopt
nergens aan, maar voor de zekerheid toch het spatbord
een beetje uitgebogen.
Gisteren een
rustdag. Het was bloedheet, 37 graden, maar een gevoelstemperatuur
van 52. Ik wacht met angst en vreze de dagen af dat het overdag
koud en fris zal zijn. Het
is soms een beetje fris 's nachts, maar verder vooral warm, met
een hete wind.
Vanochtend
opgebroken en vertokken voor een rustig tochtje van 167 km naar
General Conesa. 12.00 uur vertrokken, aankomst 16.00 uur. Ben ik
koud en wel op de camping, komen er twee mannen op me af met de
vraag of ik in de uitzending wil. "Pardon?" Ze zijn van Radio Viedma, rijden
een beetje rond op zoek naar nieuws en vinden mijn brom wel
interessant. Ik stem toe en via het mobieltje word ik in de ether
geslingerd. Heel Argentinië kent me nu.
>> Argentinië - Ruta
23
|